U bent betrokken geraakt bij een aanrijding. Om te kunnen beoordelen of iemand aansprakelijk is, is het belangrijk dat de toedracht van het ongeval vaststaat. Die toedracht wordt soms vastgelegd door de politie in een proces-verbaal, maar vaak komt er helemaal geen politie bij. Het is belangrijk dat u in een zo vroeg mogelijk stadium ook zelf bewijs verzamelt over de toedracht. Onder andere door middel van het invullen van het schadeformulier motorrijtuigen. Ook foto’s – het liefst van de situatie direct na het ongeval, nog voordat de voertuigen verplaatst zijn – en getuigenverklaringen kunnen belangrijk zijn voor het bewijs.

Het is goed om te weten dat er een paar algemene regels gelden:

• is een voetganger of fietser in botsing gekomen met een gemotoriseerde (bijvoorbeeld een auto, tram, brommer of motor), dan heeft hij/zij – los van de exacte toedracht – recht op vergoeding van ten minste 50% van zijn schade. Dit geldt zelfs als het ongeluk (ook) (deels) te wijten is aan de fietser of voetganger.
• is een kind onder de 14 het slachtoffer van een verkeersongeval, waarbij een gemotoriseerde betrokken was? Dan moet de gemotoriseerde 100% van de schade vergoeden, ongeacht de eventuele verkeersfout van het kind.
• Heeft een passagier in een auto of achterop de scooter letsel? Dan krijgt deze passagier vrijwel altijd zijn volledige schade vergoed.

Wilt u meer informatie? Neem dan contact op met Peijs Advocatuur voor een gratis gesprek.